‘Samen beslissen is geen afvinklijstje, maar een interactiespel’
Hoe ziet samen beslissen eruit in de praktijk? Waar loop je als zorgprofessional tegenaan? Wat zijn uitdagingen? Wat kunnen docenten en opleiders hiervan leren en hoe nemen ze dit mee in de opleidingen?
Dr. Susanne van Hooft (hoofddocent zelfmanagement en participatie, Hogeschool Rotterdam) en drs. Frouke Nijhuis (neuroloog/klinisch neurofysioloog en plaatsvervangend opleider Neurologie, CWZ Nijmegen) vertellen er meer over.
‘Als je een hypotheek gaat afsluiten, is het normaal dat de adviseur je allerlei persoonlijke en concrete vragen stelt. Woon je met anderen of alleen? Wat vind je belangrijk in je leven? Vervolgens bekijk je samen met de adviseur welke hypotheek het beste bij je past’, geeft Nijhuis aan. ‘Als het om je gezondheid gaat, is het ineens minder vanzelfsprekend dat je samen met de zorgprofessional beslist’, vult Van Hooft aan. ‘Dat is toch heel raar?’
Niet mee opgegroeid
Dat samen beslissen in de zorg nog niet de normaalste zaak van de wereld is, komt ook doordat de oudere zorgprofessionals hier niet in zijn opgeleid, legt Nijhuis uit. ‘Ze zijn vooral opgeleid om het probleem van de patiënt op te lossen vanuit hun medische of verpleegkundige kennis. Samen beslissen zit niet in hun beroepshouding.’ Zelf merkte Nijhuis dit toen ze tien jaar terug onderzoek deed naar samen beslissen bij patiënten in een gevorderde fase van de ziekte van Parkinson. ‘Ik ontwikkelde toen een keuzehulp om zorgprofessionals en Parkinsonpatiënten te helpen met samen beslissen.’
Duidelijk en gelijkwaardig
Hoe bereik je dat (aankomende) zorgprofessionals zich bewuster worden van het belang van samen beslissen en dat zij de beroepshouding krijgen die hiervoor nodig is? Een begin is dat Samen Beslissen onderdeel is van de nieuwste opleidingsplannen voor artsen, verpleegkundigen en verpleegkundig specialisten. Maar dit betekent niet dat (aankomende) zorgprofessionals ‘automatisch’ de competenties krijgen die noodzakelijk zijn voor samen beslissen, denken Van Hooft en Nijhuis. ‘Dat komt onder meer doordat de begripsbepaling niet duidelijk is’, stelt Van Hooft. Ze deed met collega’s onderzoek naar Samen Beslissen binnen de opleidingen van het Instituut voor Gezondheidszorg van Hogeschool Rotterdam.
‘Er komen termen naar boven als decision talk, shared decision making, gezamenlijke besluitvorming, gedeelde besluitvorming. Is dat allemaal hetzelfde? En wat hoort dan wel en niet bij Samen Beslissen? Soms wordt het alleen voor medische behandelopties gebruikt en soms voor alle beslissingen in het zorgproces. Als ook docenten hier verschillend invulling aan geven, dan wordt het er voor studenten en voor de zorgprofessionals in de praktijk niet duidelijker op.’
Volgens Nijhuis en Van Hooft draait samen beslissen uiteindelijk vooral om gelijkwaardigheid. ‘Zorgprofessional en patiënt wisselen informatie uit, waarbij het belangrijk is dat de professional zich verplaatst in de patiënt en openstaat voor wat hem beweegt. Hij zendt niet alleen informatie, maar ontvangt deze ook. De professional heeft echt informatie van de patiënt nodig om samen het besluitvormingsproces in te gaan.’
‘Samen beslissen draait om gelijkwaardigheid en het accepteren van keuzes’
Lastige situaties
Het kan lastig zijn als de patiënt iets anders wil dan de zorgprofessional, weet Van Hooft. ‘De professional kan dan denken: moet ik hier wel aan meewerken? In de praktijk zie je weleens dat de zorgprofessional dan tóch de knoop doorhakt, bijvoorbeeld vanuit de overtuiging dat hij het beste weet wat goed is voor de patiënt. Maar bij samen beslissen respecteer je de keuze van de patiënt, ook al ben je het er niet mee eens. Als mensen maken we continu onverstandige keuzes. We rijden motor, we roken, we eten ongezond. Dat mag, want ieder mens gaat uiteindelijk over zijn eigen leven. Dus patiënten mogen ook zelf beslissen over hun eigen behandeling.’
Nepnieuws
Ook ingewikkeld voor zorgverleners: patiënten die zich baseren op nepnieuws. Hoe ga je hiermee om? ‘Je kunt dan aangeven dat jij vindt dat het nepnieuws van de patiënt niet de juiste informatie is, dat je zelf vertrouwt op andere bronnen. En je kunt jouw kennis delen met de patiënt’, geeft Nijhuis aan. ‘Tegelijkertijd moet je beseffen dat ook professionals de waarheid niet altijd weten. Blijf dus openstaan voor de redeneringen en argumenten van de patiënt. Vaak zul je dan toch gaan begrijpen waarom hij bepaalde keuzes maakt.’
Het is van belang dat zorgprofessionals leren omgaan met ethische dilemma’s en de gevoelens van onmacht die opvattingen van patiënten kunnen oproepen. ‘Het is goed om daar tijdens de opleidingen al aandacht aan te schenken’, geeft Van Hooft aan.
‘Leer aankomende zorgprofessionals omgaan met ethische dilemma’s’
Oefening baart kunst
Nijhuis en Van Hooft denken dat het belangrijk is dat Samen Beslissen onderdeel is van de verschillende vakken, dus niet alleen als een aparte module bestaat of bijvoorbeeld als een afzonderlijke EPA (Entrustable Professional Activity). ‘Het blijft niet hangen na één theorieles, instructievideo of praktijkoefening. Je moet het in de verschillende vakken laten terugkomen’, zegt Van Hooft. ‘Bovendien moet je het borgen in toetsing, liefst vaker dan één keer.’
Het toetsen van de basiscompetenties, zoals gesprekstechnieken en de stappen van samen beslissen, kunnen bijvoorbeeld online of met simulatiepatiënten. ‘De finesses kun je vervolgens toetsen in de praktijk’, zegt Nijhuis, ‘door middel van reflectievragen als: “Je doorliep alle stappen van het Samen Beslissen-model, waarom liep het gesprek dan toch stroef? Wat gebeurde er nou? Hoe had je anders kunnen reageren?”
Samen beslissen is geen afvinklijstje, maar een interactiespel waarin je steeds beter kunt worden. Door studenten regelmatig feedback te geven op hun vorderingen én concrete tips voor hoe ze het iedere keer nog beter kunnen doen, ontwikkelen zij zich hierin’ (zie definitie-samen-beslissen).
Nascholing
Omdat veel ‘zittende’ zorgprofessionals zichzelf nog verder kunnen ontwikkelen in Samen Beslissen, kan het behulpzaam zijn om hen nascholing aan te bieden. Nijhuis vertelt hoe zij zich op haar werk inzet als ambassadeur van Samen Beslissen (vanuit de Samen Beslissen-werkgroep van de Federatie Medisch Specialisten). ‘Laatst gaf ik een cursus aan een aantal Parkinsonverpleegkundigen. Daarin oefenden ze met een keuzehulpmiddel en met de “drie goede vragen”. Ze ervaarden toen dat samen beslissen geen extra tijd kost, dat je door de juiste vragen sneller tot de kern komt. En de voorkeur van de patiënt werd vaker geaccepteerd.’
Verder is het volgens Nijhuis en Van Hooft belangrijk dat zorgprofessionals goede voorbeelden zien van rolmodellen – bij voorkeur directe collega’s die Samen Beslissen doorvoeren in hun dagelijkse werkzaamheden. En dat ze veel patiëntverhalen horen. ‘Dat geeft zoveel inzicht in de kijk van de patiënt op een bepaalde situatie!’
‘Samen beslissen kost geen extra tijd’
Stap-voor-stap
De beide vrouwen zien dat steeds meer docenten en zorgprofessionals inmiddels goed de meerwaarde inzien van Samen Beslissen. Ze benoemen dat beide groepen al veel doen volgens de visie van Samen Beslissen. Zo vragen docenten in casuïstiekbesprekingen aan studenten om voorbeelden van samen beslissen in de praktijk. Zorgprofessionals geven steeds vaker zelf aan dat zij bijscholing willen in samen beslissen. Ook krijgen patiënten en hun naasten tegenwoordig weleens een uitnodiging voor een interprofessioneel overleg met het team van zorgprofessionals. ‘We zijn dus op de goede weg. Maar natuurlijk kan het altijd beter. Daar blijven we aan werken!’
‘Opleiders en docenten zijn rolmodellen als het om samen beslissen gaat’
Links
Competenties samen beslissen
Aanbod opleiding en (na)scholingsaanbod samen beslissen
Inventarisatie samen beslissen in scholing en opleidingen